Vraagstuk:
Een grote uitvoeringsorganisatie binnen de Rijksoverheid wil de betrokkenheid, het begrip, de communicatie en de effectiviteit van zijn dienstverlening vergroten. Daarnaast willen ze de projectteams in staat stellen autonoom – maar wel in verbinding met de organisatie – te laten opereren. Zo kunnen ze beter sturen op de geambieerde doelstellingen.
Resultaat:
Het bestaansrecht is doorleefd, waardoor het nut en de toegevoegde waarde van de activiteiten en werkzaamheden helder zijn en geduid kunnen worden. De organisatie kan effectief sturen op beloofde resultaten en daarmee de verwachtingen managen. De scope en producten zijn expliciet gemaakt, zodat iedereen binnen de organisatie ziet waar de programma’s wel en niet over gaan. Door het samen beleven en duiden van de portfoliodoelstellingen in relatie tot de programma’s en projecten, zien de professionals het nut van de te realiseren (deel)producten. Ook heeft het team handvaten gekregen om zich beter in elkaar en in de stakeholders in te leven, zodat begrip en effectief communiceren is verbeterd. Daarnaast zijn er spelregels afgesproken hoe iedereen werkt, rapporteert, elkaar feedback geeft en is duidelijk wie wat doet.